Kees Klomp: “Uiteindelijk zal de onderstroom sterk genoeg worden om de bovenstroom te vervangen”
Om de economie te hervormen, moeten we terug naar de kernvraag wat het betekent om mens te zijn, stelt activist, onderzoeker en auteur Kees Klomp. In zijn nieuwe boek Ecoliberalisme pleit hij voor een economisch en politiek systeem waarin ecologie centraal staat. “We moeten de samenleving herinrichten op basis van de universele ecologische principes die al bijna vier miljard jaar bestaan.”
Je nieuwe boek ‘Ecoliberalisme’ verschijnt binnenkort. Waarom heb je dit boek geschreven?
“Vorig jaar mocht ik de Duurzame Troonrede uitspreken. Tijdens mijn research daarvoor vroeg ik me af: wat betekent de ecologische ineenstorting eigenlijk voor de economie? De data die ik tegenkwam, waren ronduit schokkend. Zelfs in het meest optimistische scenario zal klimaatverandering in 2050 leiden tot een economische krimp van 20 procent. Centrale banken waarschuwen zelfs voor een daling van 30 tot 35 procent – een verlies van een derde van de economie. Ter vergelijking: dat is zeven tot negen keer zo groot als de financiële crisis van 2008. Maar in tegenstelling tot die crisis zal deze niet na een paar jaar voorbij zijn, we spreken hier over decennia. Het herstellen van de biosfeer kost tijd. Dit is een klap die geen enkele bank zal overleven.
En dat alles door een neoliberaal economisch systeem dat volledig losgezongen is van de ecologie. Want één ding is zeker: geen enkele ecologische crisis ontstaat buiten de economie om. Klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en milieuvervuiling zijn zonder uitzondering het directe gevolg van economische activiteit. Willen we een leefbare toekomst, dan moeten we fundamenteel anders denken – economisch én politiek. Een systeem waarin ecologie de basis vormt van alles. Dat is het ecoliberalisme geworden.”
Uitgelichte quote
Ons bestaan steunt op een ontelbare schakering van levensvormen


Wat is dat precies, het ecoliberalisme?
“Het is een politieke en economische ideologie waarin de ware aard van de mens weer centraal staat. Willen we de economie hervormen, dan moeten we terug naar de kernvraag: wat betekent het om mens te zijn? Dat begint met de erkenning dat wij diep verweven wezens zijn. Ons lichaam alleen al is een symbiose van cellen, organen en microben. En wie verder kijkt, ziet dat ons bestaan steunt op een ontelbare schakering van levensvormen. Probeer maar eens in kaart te brengen welke organismen, direct of indirect, bijdragen aan het feit dat jij hier nu zit. In die erkenning – dat we gedragen worden door een web van leven – ligt werkelijk geluk besloten. Een geluk dat haaks staat op de oppervlakkige bevrediging van een nieuwe broek of een fatbike.
In de kern zijn wij mensen geen consumenten, zelfs geen wereldburgers, maar aardebewoners – onderdeel van een aardebewonerssamenleving, een species society. Dat is de enige ecologisch houdbare manier om naar onszelf te kijken. Wie die realiteit serieus neemt, moet de economie herzien vanuit dat fundament. Dat betekent een economisch systeem waarin ecologie centraal staat, en een politiek systeem gestoeld op een ecoliberale grondwet waarin alle levensvormen gelijkwaardig zijn – met de vrijheid om hun ware aard tot expressie te brengen, zonder ingeperkt te worden door een mensheid die zich momenteel als een plaag gedraagt.”
Uitgelichte quote
Neoliberale vrijheid is een schijnvrijheid, ingezet om de markt grenzeloos te laten groeien
Is die bestaansvrijheid voor al het leven ook waar het ‘liberalisme’-deel vandaan komt?
“Precies. Veel mensen associëren liberalisme direct met het neoliberalisme, maar vergeten dat de oorspronkelijke liberalen vrijheid altijd in relatie tot verantwoordelijkheid zagen: de vrijheid van de één eindigt waar die van een ander wordt geschonden.
Neoliberale vrijheid – waarbij we voortdurend de vrijheid van anderen, mens en dier, inperken – is dus geen echte vrijheid. Het is een schijnvrijheid, ingezet om de markt grenzeloos te laten groeien. Ondertussen werken mensen zich in de schulden voor de nieuwste televisie of smartphone. Geestelijk zijn we volledig onvrij: we móéten blijkbaar steeds iets nieuws, zelfs als we het niet kunnen betalen. De vrije markt is een gouden kooi, een tredmolen waarin we worden gehouden, met het grootkapitaal als enige winnaar.
Tegelijkertijd sluiten we al het andere leven óók op in die gouden kooi – beperkt, verdrongen, uitgeroeid. Daarom pleit ik in mijn boek voor een ecoliberale grondwet en een ecoliberale democratie, waarin alle levensvormen werkelijk vrij kunnen zijn. Wij zien onze zelfbeschikking als heilig, maar een boom, een vogel of een dolfijn heeft net zo goed zelfbeschikking. Er is geen wezen op Aarde dat niet op leven is gericht. Alleen wij mensen erkennen dat niet. We moeten opnieuw leren denken als aardebewoners. Die afspraken kunnen we met elkaar maken.”


Uitgelichte quote
We hebben onszelf tot een plaag gemaakt en een plaag wordt tot op zekere hoogte getolereerd, totdat het genoeg is. Dan corrigeert de natuur zichzelf
Wat voor afspraken zouden dat zijn?
“We moeten de economie herinrichten op basis van de universele ecologische principes die al bijna vier miljard jaar bestaan – de fundamenten waarop al het leven op Aarde zich organiseert. Je kunt het zien als de leefregels van het aardebewonersschap. Wie zich daaraan houdt, creëert meer leven.
Het eerste principe is regeneratie. In de natuur creëert het leven uit zichzelf namelijk altijd levensversterkende omstandigheden die voor méér leven zorgen, dat is wat regeneratie is. Dat zouden wij als mens ook moeten nastreven. Bijvoorbeeld door te kiezen voor regeneratieve landbouw. Maar in plaats daarvan hebben we een industrieel landbouwsysteem dat het leven onderdrukt met bestrijdingsmiddelen, om het vervolgens met kunstmest te ‘redden’. Dat is niet alleen onnatuurlijk, het is tegennatuurlijk – anti-regeneratief. Waarom doen we dat? Omdat voedsel niet primair wordt geproduceerd om mensen te voeden, maar om winst te maximaliseren. We leven in een volledig vereconomiseerde samenleving, terwijl we toe moeten naar een ecologische samenleving. De principes die de natuur al miljarden jaren hanteren, kunnen daarbij de leidraad zijn en de kern vormen voor een ecoliberale grondwet.
Een ander principe is accommodatie: in de natuur passen soorten zich op elkaar aan om evenwicht te creëren. Maar wij verwachten juist dat andere soorten zich aan óns aanpassen. Dat is volstrekt onnatuurlijk. Hetzelfde geldt voor communicatie: in de natuur vindt voortdurend uitwisseling plaats tussen soorten, terwijl wij totaal niet communiceren met bomen, rivieren of de zee. Het is dan ook geen verrassing dat we nu tegen de grenzen van onze leefomgeving aanlopen. We hebben onszelf tot een plaag gemaakt en een plaag wordt tot op zekere hoogte getolereerd, totdat het genoeg is. Dan corrigeert de natuur zichzelf.”
Uitgelichte quote
Goederen zijn er om een behoefte te vervullen, niet om geluk te brengen
Ook ‘ontgroei’ staat centraal binnen het ecoliberalisme. Hoe zie je dat voor je?
“Steeds meer mensen spreken over degrowth en postgroei. Degrowth is een door de staat opgelegde afremming van economische groei. Postgroei gaat ervan uit dat economische krimp vanzelf ontstaat door marktingrepen, zoals een CO₂-belasting. Ontgroei is een derde benadering: geen externe interventies, maar een interne transformatie.
Ik geloof simpelweg niet dat mensen massaal accepteren dat de staat bepaalt wat ze wel en niet mogen kopen. En ik geloof evenmin dat de markt dit probleem kan oplossen. Dan blijft er één mogelijkheid over: verandering moet van binnenuit komen. En dat kán. Wij mensen zijn zinzoekende wezens. Ondanks onze overvloed aan spullen voelen we ons leeg. We hebben alles, maar eigenlijk niets. Dat is ook logisch: goederen zijn er om een behoefte te vervullen, niet om geluk te brengen. Decennialang hebben we de illusie nagejaagd dat consumptie ons gelukkig maakt, en hebben we genot en geluk met elkaar verward. Maar zoals ik als boeddhist geloof: peace of mind is een vorm van geluk die je in jezelf kunt vinden – daarvoor heb je geen fatbike nodig.
De vraag blijft natuurlijk of mensen zichzelf massaal kunnen beheersen. Maar mijn verwachting is dat de economische ineenstorting die we rond 2050 gaan krijgen, ons zal dwingen om te erkennen dat het consumptiefeest voorbij is. Want zodra je pensioengeld is verdampt en je huis niets meer waard is, ga je je vanzelf anders verhouden tot materie.”
Uitgelichte quote
Via de commons kunnen mensen collectief in hun levensonderhoud voorzien, zonder afhankelijk te zijn van de markt
Dat klinkt alsof de situatie niet meer te redden valt.
“Dat we afstevenen op een permanente crisis als gevolg van de ecologische en economische impact van klimaatverandering, is een gegeven. Niet omdat ik dat zeg, maar omdat de wetenschappelijke data dat onomstotelijk aantoont. Maar dat betekent natuurlijk niet dat we nu niets meer kunnen doen. Integendeel: er is een heleboel mogelijk om een samenleving te creëren die tegen die tijd veerkrachtiger is en beter bestand tegen de schokken. Bijvoorbeeld door massaal te investeren in het lokale, in de commons.”
Hoe ziet dat eruit?
“In de commons draait het niet om kapitaalgoederen, maar om gemeenschapsgoederen die in werkelijke behoeften voorzien en die gezamenlijk worden beheerd en gedeeld. Dit creëert een enorme hoeveelheid vrijheid – vandaar dat de commons een kernrol spelen binnen het ecoliberalisme. Via de commons kunnen mensen collectief in hun levensonderhoud voorzien, zonder afhankelijk te zijn van de markt. Nu moeten we eerst geld verdienen om via de markt aan onze basisbehoeften te komen, maar veel daarvan kunnen we ook gewoon samen organiseren. In zo’n systeem leven we met minder geld een veel vrijer leven.
Denk aan energiecoöperaties waarin mensen gezamenlijk energie opwekken, of woonvormen waarin huizen worden gebouwd tegen de reële kostprijs in plaats van de absurde marktwaarde van vandaag, waar een eenvoudige starterswoning al snel vijf ton kost. Door eigendom en productie opnieuw te democratiseren, ontstaat ruimte om te werken vanuit intrinsieke motivatie: niet omdat het per se veel oplevert, maar omdat het zinvol voelt.
Daarbij hebben commons-initiatieven nog een groot voordeel: ze opereren onafhankelijk van de wereldeconomie en zijn dus niet vatbaar voor een economische crisis. Op lokaal niveau blijft alles gewoon draaien.”
Uitgelichte quote
Het idee dat we met honderdduizenden mensen met hooivorken de rijken moeten verjagen, is een onzinnige gedachte


Hoe komen we eigenlijk tot dat ecoliberale systeem waarin al het leven vrij is?
“Als Lector Betekeniseconomie ben ik de afgelopen jaren teruggegaan naar de basis en heb ik onderzocht wat wij mensen nodig hebben om het economische systeem te veranderen. Dat proces van verandering verloopt volgens drie fasen. Het begint allemaal met immersie, oftewel het onderdompelen in de situatie en het volledig beseffen van de ernst van de zaak. Dat klinkt als een open deur, maar dat is het niet. Want zodra de informatie te pijnlijk wordt, schieten veel mensen automatisch in de ontkenning. Pas als je je daadwerkelijk bewust bent van de situatie, kom je in actie en ben je bereid om je gedrag te veranderen: dat vereist intrinsieke motivatie.
De tweede stap is dissolutie: het oplossen van de macht die het grootkapitaal over ons heeft. Want ‘het systeem’ bestaat alleen in ons hoofd. Het idee dat we met honderdduizenden mensen met hooivorken de rijken moeten verjagen, is voor mij een onzinnige gedachte. Het enige wat we hoeven te doen, is het systeem dat de elite faciliteert ‘wegdenken’. ‘De economie’ bestaat alleen in ons hoofd. Een dolfijn of een boom kent geen economie. Dat verhaal hebben we met elkaar bedacht. En dus kunnen we het verhaal ook herschrijven.
Zodra je je dit beseft, kun je over op de derde stap, amplitie: het richten van je energie op de onderstroom, op de mensen en initiatieven die al aan een ecoliberale samenleving werken. Dus je gaat de beoogde situatie voor de toekomst in het heden voorleven, waardoor de onderstroom uiteindelijk de bovenstroom wordt, en de macht van het huidige systeem als het ware oplost.”
Uitgelichte quote
Dankzij mensen zoals jij zal de onderstroom uiteindelijk sterk genoeg worden om de bovenstroom te vervangen

Hoe realistisch is dit, het systeem ‘wegdenken’ en ‘oplossen’?
“Ik heb zo vaak gesprekken met mensen die zeggen: ‘Kees, je ideeën zijn leuk, maar in de praktijk zijn ze totaal onuitvoerbaar.’ Dat heeft te maken met het feit dat veel mensen geloven dat de wereld zoals we die kennen een natuurwet is. Maar dat is het niet. Het is een door mensen gecreëerd, donker verhaal – en dat verhaal kunnen we zelf veranderen.
Macht heeft alleen macht over ons omdat wij erin geloven. We geloven met elkaar dat we ook miljardair kunnen worden, dat miljardairs gelukkig zijn, en dat we door het kopen van spullen bevrijd worden van onze verlangens naar geluk, zekerheid en geborgenheid. Zodra we onszelf van die illusie bevrijden, ontstaat er ruimte om heel andere mogelijkheden te zien, en die mogelijkheden ook daadwerkelijk vorm te geven. Als we dat met genoeg mensen doen, zal het oude systeem vanzelf overbodig worden.
Dus, zelfs als je denkt: ‘Wie ben ik nou met mijn commons-initiatiefje ergens in Boxtel’, het is ongelooflijk belangrijk. Je zet iets nieuws in de wereld, en dankzij mensen zoals jij zal de onderstroom uiteindelijk sterk genoeg worden om de bovenstroom te vervangen. Dan is er geen strijd meer tussen de oude en de nieuwe situatie, en wordt het veel makkelijker om aan te haken, omdat het systeem de verandering begint te ondersteunen.”
Een focus op je leefwereld veranderen, in plaats van ‘de wereld’ willen transformeren.
“Precies, je leefwereld kun je heel direct en ingrijpend beïnvloeden. Terwijl de wereld beïnvloeden eigenlijk kansloos is. Dus dat wij hier in het dorp met elkaar een voedselbos hebben gecreëerd, gaat ‘de biodiversiteit’ echt niet redden. Maar voor het leven hier maakt het elke dag een wezenlijk verschil.
Dat is mijn allerbelangrijkste boodschap aan mensen: bevrijd je van de geestelijke overmacht die wordt uitgeoefend door het systeem en gebruik je verbeeldingskracht, zodat je je op lokaal niveau kunt organiseren. Alle leefwerelden samen maken met elkaar immers ‘de wereld’.”
Uitgelichte quote
My actions are my only belongings
Bovendien zorgt deel worden van de onderstroom ook voor iets dat je ‘actieve hoop’ noemt.
“Ja, eigenlijk gaat het allemaal over doendenken. Dus niet doemdenken, maar doendenken met een ‘n’. Je hebt niks aan valse hoop, aan optimisme dat onterecht is. Je hebt ook niks aan lethargie en depressie en in een hoekje gaan zitten huilen en het opgeven. Doendenken zit daar precies tussenin. Je moet gewoon doen wat de situatie van je vraagt, en je laat de verwachting over wat dat oplevert los. Dat is de kern van actieve hoop. Dus ik zet me in, zonder te weten of het genoeg is om de volgende generatie een toekomst te geven. Maar wat ik wel weet, is dat ik mij nu kan inspannen. En als je dat doet, zorgt dat ervoor dat je zelfs in een hopeloze situatie toch het licht kunt blijven zien.”
Wat drijft jou persoonlijk?
“Dat zijn mijn drie kinderen natuurlijk. Het idee dat ik ze ooit zal moeten achterlaten in deze situatie, is ondraaglijk. Nu heb ik nog het gevoel dat ik ze kan beschermen, maar ik weet dat er ooit een moment komt waarop ik afscheid moet nemen van het leven. De geboorte van mijn jongste zoon heeft daar een turbo op gezet, omdat ik toen al 45 was. Nu ik richting de 60 ga, merk ik dat ik me steeds meer ga inzetten. De enige zekerheid die ik heb, is dat ik in de tijd die ik nog heb, kan doen wat ik kan doen. Meer is er niet.
Er is een prachtige uitspraak van Thich Nhat Hanh, mijn geliefde boeddhistische leraar: ‘My actions are my only belongings’. Ik ben met niks geboren en ik zal ook met helemaal niks de Aarde weer verlaten. Het enige wat je in de tijd daartussen kunt doen, is hetgeen wat de wereld van jou vraagt, het werk dat je te doen hebt. Al het andere, zoals bezit of rijkdom vergaren, is een illusie. Dat kun je allemaal loslaten. Ook daarin zit een bevrijding.”
Het boek ‘Ecoliberalisme: Een veranderverhaal over ware vrijheid’ verschijnt op 8 mei 2025 bij Uitgeverij De Geus.
Wie is Kees Klomp?
Kees Klomp (1968) is activist, onderzoeker, auteur en spreker op het gebied van economische transitie en de Betekeniseconomie. Na zijn studie politicologie en communicatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam werkte hij bijna vijftien jaar als marketingadviseur bij internationale bureaus zoals BBDO, Y&R en TBWA. In 2006 besloot hij zijn kennis en ervaring volledig in te zetten om bij te dragen aan een betere wereld, geïnspireerd door zijn boeddhistische levensbeschouwing. Sindsdien schreef hij diverse boeken, waaronder Handboek Betekenisvol Ondernemen, Pioniers van de nieuwe welvaart en THRIVE. Sinds 2024 is hij verbonden aan Hogeschool Windesheim in Zwolle. In mei 2025 verschijnt zijn nieuwste boek, Ecoliberalisme, bij Uitgeverij De Geus.
