Wat heeft bodemgezondheid met onze hormonale gezondheid te maken?

breingezondheid
Bloeiende Boekweit Rineke Dijkinga
Rineke Dijkinga
longread

Wat heeft bodemgezondheid met onze hormonale gezondheid te maken?

Pesticiden en kunstmest putten niet alleen de bodem uit, maar ook onze hormonale gezondheid. Gelukkig zijn we niet machteloos.

Orthomoleculair en natuurgeneeskundig therapeut Rineke Dijkinga legt uit hoe we allemaal, elke dag, kunnen bijdragen aan de vermindering van hormoonverstorende stoffen of bescherming ertegen.

Tekst Rineke Dijkinga Fotografie Gabriela Hengeveld & anderen Gepubliceerd 6 september 2022 Leestijd 16 minuten

Om gewassen op een uitgeputte bodem te laten overleven zijn kunstmest en pesticiden nodig. Deze gewassen met residuen komen vervolgens direct of indirect (via diervoer) op ons bord of in het milieu terecht, met alle gevolgen voor onze hormoonbalans – en daarmee voor onze gehele gezondheid – van dien. Toch is het nog niet te laat om het tij te keren. Rineke Dijkinga vertelt hoe.

Elke seconde worden er zo’n 310 kilo chemische stoffen in het milieu gedeponeerd. Geschat wordt dat zo’n 65 kilo hiervan kankerverwekkende eigenschappen bevat. Ze zijn vooral afkomstig uit de industrie, farmacie en landbouw. Het gros van deze chemische stoffen is zo gemaakt dat ze voor het milieu moeilijk afbreekbaar zijn. In dit artikel gaan we vooral in op Endocrine Disruption Chemicals (EDC’s), oftewel hormoonverstorende chemicaliën. Al deze stoffen kunnen via ons grondwater, de lucht, ons water, onze huidverzorgingsproducten en onze voeding in ons lichaam terechtkomen. Van ongeveer achthonderd stoffen is uit onderzoek gebleken dat ze een hormoonverstorende werking hebben, of ze worden er sterk van verdacht.

We weten niet of er veel meer van deze stoffen zijn omdat ze lang niet allemaal onderzocht worden. En aangezien de hoeveelheid chemische stoffen in ons milieu nog steeds stijgt is het belangrijk om er iets van te weten. Zodat je jezelf en je naasten er zo goed mogelijk tegen kunt beschermen.

De taken van een gezonde bodem

De historische woorden van president Roosevelt: “The nation that destroys its soil, destroys itself”, lijken soms angstwekkend dichtbij te komen. Een gezonde bodem is simpelweg de bodem onder ons bestaan. In alle opzichten. Vernietiging van de gezonde bodem wordt gezien als een bedreiging voor onze samenleving omdat de bodem ons allerlei ecosysteemdiensten levert. Zo is een gezonde bodem cruciaal voor landbouw, de productie van natuurlijke bouwmaterialen, het tegengaan van luchtvervuiling en het reguleren van het klimaat.

Bovendien vormt een gezonde bodem onze eerste verdedigingslinie tegen schadelijke micro-organismen en chemische stoffen. Zo kan een gezonde bodem veel van deze substanties elimineren zodat ze niet in ons water, voedsel en milieu terechtkomen. Ook kan een gezonde bodem heel wat micro-plastics, chemische stoffen en zware metalen saneren. Een prachtige analogie met een gezonde darm en lever van de mens die deze taken ook op zich neemt.

Rineke Dijkinga
Rineke Dijkinga

Hoe krijgen we ze binnen?

Een ongezonde bodem kan veel van bovenstaande diensten niet meer leveren. Door bodemuitputting zijn we genoodzaakt om voedsel te telen met chemische hulpmiddelen als kunstmest en bestrijdingsmiddelen. En niet te vergeten veel drijfmest dat het bodemleven schaadt en EDC’s bevat. Zo krijgen we deze chemische stoffen via voedsel en ons drinkwater binnen. Een uitgeputte bodem kan deze stoffen immers zelf niet meer onschadelijk maken.

Wat zijn EDC’s en wat doen ze precies?

De officiële definitie is: “Exogene chemicaliën of mengsels van chemicaliën die de endocriene werking in het organisme, populaties of het nageslacht nadelig veranderen.” EDC’s zijn meestal afkomstig uit de petrochemische industrie, maar ook zware metalen vallen eronder. De stoffen bootsen onze eigen hormonen na, vandaar dat ze ook wel pseudo- of nep-hormonen worden genoemd. Eenmaal in ons lichaam beïnvloeden ze het transport, de aanmaak en de omzetting van onze natuurlijke hormonen, waardoor ze ons hormoonstelsel uit balans brengen. Ook bezetten ze de receptor van het natuurlijke hormoon en kunnen zo een boodschap afgeven aan onze cellen en de werking van oorspronkelijke hormonen blokkeren.

Veel van de EDC’s vallen in de categorie ‘xeno-oestrogenen’: stoffen die specifiek op oestrogenen inwerken. De oestrogeenstofwisseling bij de mens is complex, en de gevolgen van verstoring ervan dus ook. Zo kan een teveel aan oestrogeen, overmatige activatie van oestrogeenreceptoren, een verstoorde verhouding tussen de verschillende vormen van oestrogeen of tussen oestrogeen en andere geslachtshormonen hormoongevoelige aandoeningen en kankers veroorzaken.

Schadelijk voor onze lever

Xeno-oestrogenen worden moeizaam door onze lever afgebroken waardoor oestrogeendominantie op de loer ligt. De overmaat aan oestrogenen die onze lever niet kan afbreken, wordt in vetweefsels (borsten, prostaat, hersenen, buikvet en lever) opgeslagen, waardoor deze hun functies niet meer goed kunnen uitoefenen. Met alle gevolgen van dien (meer hierover lees je in mijn boek ‘Je brein vitaal’). Een groot deel van de huidige hormonale klachten bij zowel mannen en jongens als vrouwen en meisjes zijn het gevolg van ‘oestrogeendominantie’ (zie het plaatje hieronder).

Klachten oestrogeen dominantie

Een greep uit de stoffen die onder EDC’s en/of xeno-oestrogenen geschaard worden:

• Geneesmiddelen zoals paracetamol, antibiotica, aspirine, pijnstillers zoals ibuprofen (ook wel NSAID’s genoemd) en anticonceptie
• Drinkwater: Helaas is het niet meer mogelijk om ons drinkwater volledig xeno-oestrogeen vrij te houden
• Antibiotica via voeding, water en medicijnen. Denk ook aan Triclosan in handgels
Pesticiden/herbiciden/insecticiden en kunstmest. Plus al het voedsel dat hiermee direct of indirect (via dierlijke producten) in aanraking is geweest
• Uitlaatgassen en fijnstof
• Oplosmiddelen
• Ftalaten: de plastic weekmakers
• Bisfenol A (BPA) in bijvoorbeeld coatings van pakken drinken of conserven in blik
• Stoffen als dioxine, brandvertragers, PFAS, PCB’s, GENx en POP’s. Vooral PFAS komt zeer veel voor (denk aan Teflon en waterafstotende kleding) en is erg hardnekkig. Zie deze artikelen van Zembla over PFAS
• Niet-biologische schoonmaakmiddelen en shampoos, parfums, zonnebrandcrèmes, huidcrèmes en andere verzorgingsproducten
• PAK’s (Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen) in gegrild, gebakken, gebarbecued of gerookt vlees/ vis, hout-verbranding, sigarettenrook en dieseluitlaatgassen
• Bepaalde smaakversterkers en additieven
• Zware metalen zoals lood, kwik, chroom, aluminium, chloor, fluor, broom et cetera (zit onder meer in vullingen (amalgaam), vaccinaties en vette vis)

Hoewel sommige stoffen al lang verboden zijn, krijgen we ze nog steeds binnen omdat ze niet of nauwelijks afbreekbaar zijn. Velen vallen onder de zogeheten groep ‘forever chemicals’. Kijk voor de zeer omvangrijke lijst met EDC’s op deze databank.

regeneratieve boeren en tuinders

De zorgen over EDC’s in een notendop

Het allergrootste probleem is in mijn optiek dat we de schade niet kunnen overzien, omdat we noch goed zicht hebben op de omvang, noch op de gevolgen ervan. Dat heeft te maken met het feit dat EDC’s inmiddels overal zijn, dat het aantal nog steeds jaarlijks stijgt en dat we ons wat betreft bestrijdingsmiddelengebruik beroepen op toetsingsgegevens uit de jaren ’80. Terwijl: voor het gros van de bestrijdingsmiddelen zijn planten inmiddels resistent, waardoor meer of agressievere middelen nodig zijn dan toen het middel werd goedgekeurd. Hier wordt anno 2022 echter geen rekening mee gehouden.

Bovendien testen we nog steeds enkelvoudige middelen terwijl de ‘cocktails’ van stoffen juist het drama voor onze gezondheid vormen. Neem glyfosaat: de mix met bijvoorbeeld APO15 maakt het bestrijdingsmiddel vele malen giftiger. Maar ook met het cocktaileffect via andere bronnen wordt in wetenschappelijke onderzoeken geen rekening gehouden. Dagelijks krijgen we via water, verpakkingen, voedsel, schoonmaakmiddelen, cosmetica, bouwmaterialen, fijnstof en medicijnen een hele serie binnen. Het effect hiervan lijkt vele malen schadelijker dan wanneer je de afzonderlijke stoffen bij elkaar optelt. Daar waar 1+1 normaliter twee is, lijkt het bij EDC’s drie te zijn.

Uitgelichte quote

De gestage druppel holt zelfs de hardste steen uit - Chinees gezegde

Wat inmiddels ook steeds duidelijker wordt is dat mensen nogal verschillen in hun capaciteit om chemische, lichaamsvreemde en medicinale stoffen om te zetten of af te breken via de lever. Toch stellen we iedereen gerust met de mededeling dat we ons geen zorgen hoeven maken. Uit onderzoek blijkt dat zo’n twintig procent van de mensen de stoffen slecht kan uitscheiden. Daarbij komt dat de stapeling van EDC’s doorgaat zolang je leeft.

En last but not least wordt het gros van de wetenschappelijke onderzoeken gedaan met witte westerse mannen, mede door de hormonale schommelingen die vrouwen meemaken. De resultaten uit onderzoeken laten gelden voor de hele wereldpopulatie kan daarom grote gevolgen hebben, juist voor vrouwen en kinderen.

Waarschijnlijke en/of bewezen klachten en ziekten door EDC’s

De zorg is dat het aantal door EDC’s veroorzaakte ziekten de laatste jaren flink gestegen is. Een greep uit de klachten en ziekten die nog steeds toenemen:
• Schildklierklachten in combinatie met gedragsproblematiek, schildklierkanker en Hashimoto
• Onvruchtbaarheid, dalende spermakwaliteit, te laag geboortegewicht, vroeggeboorten, niet ingedaalde testikels en start puberteit op te jonge leeftijd
• Overgewicht
• Metabool syndroom, insulineresistentie, diabetes type 2
• Borst-, eierstok- en prostaatkanker, leukemie
• Endometriose, PCOS, PMS
• Leververvetting (NAFLD)
• Botontkalking
• Immuundeficiënties, laaggradige systemische ontstekingen, auto-immuunziekten.
• De ziekte van Parkinson, Multiple Sclerose (MS) en andere neurodegeneratieve ziekten zoals de ziekte van Alzheimer evenals bepaalde hersentumoren
• ADHD en autisme
• Angsten en depressies (vanwege glyfosaat)

Uitgelichte quote

De meest schadelijke pesticiden zitten op de meest populaire groenten en fruit

De 12 meest schadelijke pesticiden

Volgens het Pesticide Action Network (PAN) zijn er twaalf middelen die zo schadelijk zijn voor mens, dier en milieu dat ze zo snel mogelijk vervangen moeten worden door minder schadelijke middelen. Daar zit overigens direct een flink knelpunt: middelen die verboden worden, worden regelmatig vervangen door nog schadelijkere middelen. Andersom worden onschuldige middelen juist verbannen. Zo is het door Europese wetgeving veel moeilijker geworden om dingen als melk, bier of groene zeep in te zetten. Het is niet uit te leggen dat je dingen als knoflook- en gistextracten wél mag eten, maar ze niet mag gebruiken als gewasbescherming op de akkers. Een ander probleem in de zoektocht naar onschuldiger middelen (om bijvoorbeeld minder antibiotica bij dieren of koper in de fruitteelt in te zetten) zijn de zeer tijdrovende en gecompliceerde procedures om middelen toegelaten te krijgen.

In januari 2022 kwam PAN met het bericht naar buiten dat juist de twaalf meest schadelijke middelen verhoogd worden aangetroffen, vooral in fruit. Het Voedingscentrum reageerde daarop met de mededeling: ‘Je moet wel kilo’s eten om er last van te krijgen. En dat doen we in Nederland niet.’ Het laatste klopt volledig, we eten nog steeds veel te weinig groente en fruit en halen de aanbevolen hoeveelheid niet. Toch vind ik dat een waarschuwing welke groente- en fruitsoorten zwangere vrouwen, jonge kinderen en pubers liever niet dagelijks zouden moeten eten het Voedingscentrum gesierd zou hebben.

De grote overeenkomst tussen deze 12 middelen is dat ze:
• Vooral gebruikt worden op populaire groenten (selderij, komkommer, spinazie en sla) en fruitsoorten (appels, peren, kiwi, kersen en perziken).
• In Nederland gelukkig minder vaak gebruikt worden dan in veel andere landen (met appels scoren we wel het hoogst). Wij staan op de zevende plek als het gaat om residuen van deze pesticiden.
• Vaak onder de groep organofosfaten vallen. Dit zijn stoffen die acetylcholine afbreken: de belangrijkste neurotransmitter om ons cognitief gezond te houden en tevens de belangrijkste neurotransmitter van ons parasympatische zenuwstelsel. Het zenuwstelsel dat zorgt voor rust, slaap, herstel, een gezonde spijsvertering en goedwerkende stofwisseling. Als die niet meer naar behoren functioneert, zijn de gevolgen niet te overzien.

Maar gaat u maar lekker slapen…

Als bovenstaande klopt, zou er toch wel ingegrepen worden? En dat gebeurt niet, dus zal het toch allemaal wel meevallen? Het is goed om te weten dat een dergelijke situatie zich al vaker heeft voorgedaan in onze geschiedenis: op zowel het gebied van landbouw als van voedingsstoffen. En dat er ondanks de vele verdenkingen toch niet met wetgeving werd ingegrepen.

Denk aan het foliumzuur-verhaal. We wisten ruim dertig jaar voor we werkelijk ingrepen dat een gebrek aan foliumzuur waarschijnlijk tot een open ruggetje zou leiden, maar we vertelden het niemand. Of aan de uitvinder van de kunstmest Justus von Liebig, die in de loop van zijn leven zijn eigen uitvinding bekritiseerde. Hij maakte duidelijk dat hij fout zat met zijn theorie: dat planten en de bodem niet gezond kunnen blijven met slechts drie mineralen uit kunstmest. Het was tegen dovemansoren gezegd. We zijn er nooit meer mee gestopt.

Uitgelichte quote

Als je geen kennis hebt, wordt het lastig om je eigen oordeel te vellen. Laat staan dat je er actie op kunt ondernemen

Het voorzorgsprincipe

Terughoudend zijn met onze zorgen wereldkundig maken werkt niet, hebben we dus al eerder gezien. Gelukkig zijn er ook landen waar het voorzorgsprincipe wél boven ‘het honderd procent zeker weten’ gesteld wordt, vanuit een verantwoordelijkheidsgevoel naar burgers. Frankrijk heeft BPA bijvoorbeeld al jaren geleden verboden en Denemarken waarschuwt zwangere vrouwen al lange tijd voor chemische stoffen. Dat is niet bedoeld om ze schrik aan te jagen, maar om ze kennis te geven zodat ze een bewuste keuze kunnen maken. Als je geen kennis hebt, wordt het lastig om je eigen oordeel te vellen. Laat staan dat je er actie op kunt ondernemen.

Anno 2022 blijft de Nederlandse overheid zeggen dat er onvoldoende bewijzen zijn en we mensen niet onnodig bang moeten maken. En dat terwijl de frequentie en intensiteit van blootstelling aan bestrijdingsmiddelen nog steeds toeneemt, op bijvoorbeeld fruit. Omdat inmiddels bekend is dat residuen van bestrijdingsmiddelen kilometers van het perceel waar ze gebruikt zijn terecht kunnen komen en er niemand écht aanstalten maakt, is er in Drenthe in 2018 een actiegroep van bezorgde burgers opgestaan om de gevolgen dan maar zelf in kaart te brengen. De conclusies uit hun onderzoek waren:
• Er ligt een deken van landbouwgif over Nederland: ze namen 87 monsters uit grond, tuinen, water in hun omgeving waarop 132 verschillende stoffen werden gevonden
• Pesticiden verspreiden zich tot wel vier kilometer van de akker waarop ze gespoten zijn

Omdat 2,2 miljoen Nederlanders binnen 250 meter van landbouwgebied woont, is dit extra zorgelijk. Kijk voor meer informatie op hun website Meten=Weten.

Wat kun je doen wat betreft voeding?

Gelukkig hoeven we als burger niet te wachten en kunnen we zelf vast aan de slag. Hierbij alvast een paar tips:

• Met stip op één staat: Word divertariër en eet divers. Eet mee met de seizoenen en probeer elke dag zoveel mogelijk variatie in te bouwen. Dat is de beste garantie om aan risicospreiding te doen.
• Schakel over op oude (oer)granen. Over de hele linie zijn dit robuuste gewassen die niet eens met kunstmest of bestrijdingsmiddelen geteeld kúnnen worden. Zie mijn artikelen over rogge, boekweit en gerst.
• Koop groenten van het seizoen en zoveel mogelijk van Nederlandse of Europese bodem. Eet je sperziebonen in de zomer, dan is de kans klein dat ze DDT bevatten, want dat is hier al jaren verboden. Komen ze in de winter uit Verweggistan, dan is het niet ondenkbaar dat we op die manier weer DDT binnenkrijgen.
• Eet zoveel mogelijk onbespoten en biologisch. Kies je voor niet-biologisch vlees of zuivel, kies dan altijd voor de minst vette variant. Ook dieren slaan de overmaat aan xeno-oestrogenen voornamelijk op in vet en dat eet jij dus weer als je veel dierlijk vet eet.
• Lijkt biologisch eten voor jou financieel niet haalbaar? Zie dan mijn tips in dit artikel. Je kunt uit de natuur of van je eigen vensterbank ook heel wat onbespoten ‘krachtpatsers’ halen.
• Als je niet voor biologische groenten en fruit kiest, was of schil alles dan goed. Houd zoveel mogelijk rekening met onderstaande afbeelding bij het kiezen van groente en fruit. Zeker als je een kinderwens hebt, zwanger bent, pubers of jonge kinderen hebt.

voedsel met de meeste en minste residuen van pesticiden

Wat kun je verder nog doen?

• Laat je niet gek maken! Probeer gewoon te doen wat in je vermogen ligt. Alle kleine beetjes helpen: zowel voor je eigen gezondheid als die van de wereld om ons heen.
• Wees kritisch op je eigen erf en tuintje: Veel mensen doen (onbedoeld) mee aan de verspreiding van EDC’s. En als bepaalde middelen verboden zijn, nemen ze regelmatig hun toevlucht tot het milieuschadelijke chloor en azijn.
• In het eerdergenoemde rapport van Meten=Weten werden ook veel stoffen uit vlooien-en tekenbandjes van honden aangetroffen in de natuur. We hebben zo’n vier miljoen honden en katten in Nederland, dus ook daar is enorme winst te behalen door geen fipronil en andere EDC’s meer te gebruiken.
• Bewaar zo min mogelijk voedsel in plastic. Laat eten ook altijd goed afkoelen voor je het in een plastic bewaarschaaltje doet. Of kies liever voor RVS, aardewerk of glas.
• Laat plastic verpakkingen met deze aanduidingen staan: PET, PVC en PS (of kijk naar het cijfer in het driehoekje: 1,3, 6 en 7 laat je liever in de winkel). Drink ook niet uit plastic flesjes met soms een scala aan hormoonverstorende stoffen zoals BPA, DEHP en MEHP.
• Warm je eten en drinken nooit op in plastic. Drink ook geen hete koffie uit plastic bekertjes. Neem eventueel je eigen mok mee naar je werk als er koffieautomaten zijn met plastic bekers.
• Koop een waterflesje van hard plastic of RVS en vul deze zelf.
• Koop geen Teflon pannen met PFAS meer. Er zijn ruim voldoende alternatieven zonder PFAS.
• Kies waar mogelijk altijd voor voedsel uit glas in plaats van blik. Veel blik bevat aan de binnenkant een coating die BPA (bisphenol A) bevat. Dit geldt overigens ook voor pakken soep, frisdrank etcetera.
• Kies je cosmetica met zorg. Houd hierbij de simpele stelregel in acht: wat je niet veilig kunt eten, smeer dat ook niet op je huid. Of het nu om haarverf, body lotion, deodorant of shampoo gaat. Er zijn prima natuurlijke, biologische en ook nog eens betaalbare alternatieven. Denk aan merken als Weleda, Dr. Hauschka, Lavera, Logona en Urtekram. Ook zwangere vrouwen doen er goed aan om geen cosmetica met parabenen te gebruiken tijdens hun zwangerschap. Uit onderzoek blijkt dat het mogelijk tot overgewicht leidt bij het kindje. Er is een handige lijst om snel te zien of er hormoonverstorende stoffen in het product zitten.
• Kies je schoonmaakproducten met zorg. Er zijn volop merken zonder schadelijke stoffen, zoals Ecover, Ecozone of Klok Bio. En je kunt er ook een sport van maken om weer te gaan poetsen met oude huismiddeltjes uit grootmoeders tijd, zoals azijn, citroensap en zout om te schuren.
• Koop land! Zolang er steeds meer grond in bezit komt van grote partijen die geen boer zijn zal de grondprijs blijven stijgen. En zal iedere boer simpelweg maximale opbrengsten nodig hebben om zijn torenhoge financiële verplichtingen na te komen.
• Ook via Land van Ons, Stichting Aardpeer en Stichting Lenteland kun je grond kopen. Of geef het cadeau aan collega’s, vrienden en familie. Deze organisaties kopen grond aan en laten het ecologisch beheren door jonge boeren.
• Volg en steun instanties die zich hard maken om de risico’s van EDC’s in kaart te brengen en de overheid aanzetten tot beleid, zoals PAN (Pesticide Action Network Europe), Meten=Weten, Sprint project, Stichting Tegengif en de Parkinson Vereniging.

Dit artikel is het tweede deel van een drieluik over de relatie tussen bodemgezondheid en onze eigen gezondheid. In het eerste deel vertelde Rineke hoe bodemuitputting onze gezondheid ondermijnt. Door een combinatie van factoren leidt dit tot voeding met minder voedingswaarde die zogenaamde ‘gebreksziekten’ kan uitlokken. Je leest het artikel hier.

Rineke Dijkinga Heerlijk Westerwolds Land